In deze blog blikken Hester van Bethlehem, Sieger Withaar en Naeljoe Latumahina, inkopers van ’s Heeren Loo, terug op de hectiek rondom de inkoop van infectiepreventiemiddelen gedurende de eerste maanden van de coronacrisis. Want niet alleen voor zorgmedewerkers, maar ook voor inkopers in de zorg is het in coronatijd stevig aanpoten.
Deze blog is onderdeel van het eMagazine GRIP!
Niet alleen voor zorgmedewerkers, maar ook voor inkopers in de zorg is het in coronatijd stevig aanpoten. Zeker de eerste maanden waren hectisch, door de grote schaarste aan beschermingsmiddelen. We kijken terug op deze periode met inkopers Hester van Bethlehem, Sieger Withaar en Naeljoe Latumahina van ’s Heeren Loo.
Sieger: “Wij moeten onze focus op zorg hebben en ons daarbij laten ondersteunen door de expertise van leveranciers. Ik verwacht van een leverancier dat die zichzelf de vraag stelt: hoe gaan mijn klanten met mijn producten om, hoe gebruiken ze die? Je kunt wel aan leveranciers vragen om hun producten goedkoper te leveren, maar ik heb liever dat hun productspecialisten bij ons komen kijken waar wij nog dingen kunnen verbeteren. Als je dat doet kun je namelijk écht kosten besparen.”
Hester: “Aan de interne communicatie blijven denken.”
Naeljoe: “Dat heeft geholpen om de rust te bewaren. Berichten vanuit het crisisteam, om duidelijk te maken dat er geen tekorten waren, maar ook vlogjes vanuit de raad van bestuur. Toen er veel gebeurde was er een dagelijkse update. Nu is dat wekelijks.”
Sieger: “Er is binnen onze organisatie geen moment sprake geweest van paniek, maar natuurlijk wel van zorgen en onrust. Door je manier van communiceren, kun je de gemoederen oké houden en onnodige angst wegnemen.”
Hester: “Het was echt keihard werken. Nee bestond niet. Maar naar de rest van de organisatie bleven we in de communicatie rust uitstralen. Dat hoort bij de dienende aard van de facilitaire rol die je als inkoopafdeling hebt.”
Hester: “In maart was het echt pakken wat je pakken kon. Je probeerde zoveel mogelijk zaken te blijven doen met je vaste leveranciers, maar op een gegeven moment konden zij ook niet meer volledig voorzien in de vraag. Die eerste maanden was het keihard werken. Het voelde alsof ik op de bloemenveiling werkte.”
Sieger: “Een voordeel was dat we een week voor de lockdown al een coronacrisisteam hadden opgericht. Toen we merkten dat de markt leeg begon te raken, hebben we vanuit inkoop twee medewerkers en vanuit facilitair vijf medewerkers aan dit team toegevoegd. En we hebben meteen in het hele land eigen distributiecentra opgezet.”
Naeljoe: “Gebouwen die leegstonden hebben we zelf omgebouwd tot distributiecentra. We zijn alle locaties langsgegaan om de voorraden te inventariseren en hebben alle overvoorraad naar deze distributiecentra gebracht.”
Sieger: “Ondertussen zijn we gaan sourcen om de voorraad weer op te bouwen. Daarvoor hebben we soms vreemde moves uitgehaald. Leveranciers van kerstgeschenken vragen of zij nog bruikbare contacten in Azië hadden. Dat soort dingen. Alles om te kijken of er ergens nog iets te halen was.”
Hester: “Maar zo snel het kon, zijn we weer teruggevallen op de afspraken met onze vertrouwde leveranciers. Want het werd gewoon te duur. En je loopt het risico om niet gecertificeerde producten aan te schaffen. Ook omdat allerlei partijen onze zorgregio’s op eigen initiatief gingen benaderen. Die gingen soms toch maar in op een aanbod, om het zekere voor het onzekere te nemen.”
Hester: “Op een gegeven moment kreeg je handschoenen aangeboden voor 16 euro per doosje. En je weet niet wat voor kwaliteit je in huis haalt, ook al zijn alle papieren in orde. Dus we hebben alles zo goed en zo kwaad als het kon laten testen. Op die manier hebben we een partij mondmaskers met een productiefout gelukkig tijdig kunnen onderscheppen. Voor de facilitaire dienst was het een crime om alles recht te trekken. Maar de veiligheid van onze medewerkers staat voorop. Dus bij twijfel was het voor ons altijd: geen risico nemen met de kwaliteit, maar vooraf testen en de extra kosten voor lief nemen.”
Naeljoe: “Je ziet ook dat verschillende leveranciers er op andere manieren mee omgaan, met zo’n enorme plotselinge schaarste in de markt.”
Hester: “De ene leverancier ging ineens gekke dingen doen met de prijzen. Terwijl de andere juist een stapje extra zette om ons van spullen te voorzien en mee te denken over oplossingen. Van een paar partijen heb ik wel gedacht: als je hier op deze manier mee omgaat, gaan we afscheid nemen zodra de storm voorbij is.”
Hester: “Ja. In het begin was er veel onzekerheid: zijn er voldoende persoonlijke beschermingsmiddelen? Maar eigenlijk hadden we dat best snel op orde. Op enig moment was er alleen nog een tekort aan schorten, op de rest hebben we snel kunnen inspelen.”
Naeljoe: “Door alles centraal te organiseren, heb je continu in beeld welke producten waar terecht zijn gekomen en waar tekorten zijn. Of overschotten, want je hebt vaak meer dan je denkt.”
Hester: “Dat je het gebruik centraal kunt monitoren, helpt bij het voorkomen van tekorten. Want medewerkers willen zich beschermen, en terecht. Wij bepalen ook niet wat medewerkers aan beschermingsmiddelen nodig hebben, of hoe ze moeten worden gebruikt. Maar als je ziet dat er bijvoorbeeld ineens heel veel handalcohol wordt besteld, dan kan dat wel een signaal zijn van oneigenlijk gebruik. Of een signaal van hamsteren. Als inkopers pikken wij die signalen als eerste op.”
Sieger: “Door de crisis is de bereidheid om samen op te trekken in de hele organisatie groter geworden. Onze zorgregio’s hebben veel vrijheid om zelfstandig in te kopen. Maar als je de inkoop op elke plek anders organiseert, zijn sommige dingen gewoon niet te managen. In elke zorgregio hangen bijvoorbeeld andere dispensers voor ontsmettingsmiddel. Dan kun je niet groot inkopen en niet snel schakelen als er tekorten ontstaan. Dan moeten mensen ineens losse flesjes kopen omdat producten voor sommige dispensers niet meer voorhanden zijn.”
Sieger: “Neem til- en transferhulpmiddelen. Daarbij letten we niet alleen op de aanschafprijs, maar kijken we naar de Total Cost of Ownership. We nemen ook de levensduur mee. De keurings- en onderhoudskosten. En de gevolgkosten. Ga maar eens na wat het voor het terugdringen van het ziekteverzuim betekent als je de tilbelasting kunt verminderen.”
Hester: “Dat is onze toegevoegde waarde als inkoopafdeling. Leveranciers zoeken en spullen kopen kan iedereen. Wij kopen niet alleen producten in, maar organiseren bijvoorbeeld ook logistieke projecten waarbij we met leveranciers als Abena en partijen als PostNL samenwerken om het aantal vervoersbewegingen op locatie naar beneden te krijgen.”
Naeljoe: “De bereidheid om elkaar te helpen. Toen wij ons tekort aan schorten eenmaal hadden opgelost, hebben wij isolatieschorten aan het Erasmus MC verkocht, waar op dat moment de nood hoog was. Het zou mooi zijn als we dat gevoel van saamhorigheid kunnen behouden als de crisis voorbij is.”
Kom je er niet helemaal uit met de keuze van een product, heb je vragen of wil je meer informatie? Neem dan contact met ons op.