Zo neemt Erika collega’s mee in een andere manier van werken.
Home » Abena Nova – slim incontinentiemateriaal » Praktijkervaringen » Praktijkervaringen – Uitrol ABENA Nova naar zes locaties bij Noorderboog
Opschaling ABENA Nova bij:
Na een geslaagde eerste implementatie rolt Zorggroep Noorderboog het gebruik van ABENA Nova uit naar zes locaties. Projectleider Innovatie Erika Akse-Blink vertelt wat er zoal komt kijken bij de inzet van slimme inco, hoe ze collega’s daarin meeneemt en wat het de organisatie, medewerkers en cliënten oplevert.
Directe aanleiding om met slimme inco te beginnen, was een vraag vanuit een van de woonzorglocaties, zegt Erika. “De medewerkers daar liepen altijd nachtrondes om te checken of bewoners verschoond moesten worden. Ze vroegen zich af of dat niet anders kon.”
“We hebben samen gekeken waar de knelpunten zaten en onderzocht wat we zouden kunnen veranderen. Zo kwamen we op slimme inco uit. We hebben verschillende leveranciers vergeleken, maar het was vrij snel duidelijk dat we met ABENA verder wilden.”
Een belangrijke overweging: “Bij andere leveranciers moet je verschillende technologieën inzetten voor identificeren en monitoren. ABENA biedt die twee opties binnen één product. Dat vonden wij praktischer voor onze medewerkers.”
Erika doelt op de mogelijkheid om ABENA Nova enerzijds in te zetten voor langdurige 24/7 monitoring. En anderzijds voor assessmentdoeleinden, waarbij je het plaspatroon van een cliënt enkele dagen volgt om te identificeren welk incontinentieproduct het meest geschikt is voor iemand.
Ervaringen met ABENA Nova van beleidsmakers, managers en zorgverleners in de praktijk. Aangevuld met o.a. ervaring van een cliënt. Download het eBook ‘De impact van slim incontinentiemateriaal’.
Na de beslissing volgde een eerste, kleinschalige implementatie. “Een soort testfase op twee locaties. Hoe landt het in de organisatie? Hoe gaat het met onze ICT? Lopen we ergens tegenaan?”
Naar aanleiding van de resultaten besloot Noorderboog het op alle locaties met behandeling uit te rollen. Die uitrol, op zes locaties, vindt op dit moment plaats.
Een bekende uitdaging tijdens zo’n bredere implementatie is het vinden van draagvlak. Sommige medewerkers zijn meteen enthousiast, maar een nieuwe manier van werken stuit ook op weerstand. Hoe gaat Erika daarmee om?
“Zodra je iets van een tegenslag hebt, zijn mensen snel geneigd om te zeggen ‘zie je wel, het werkt niet’. Daar loop je in het begin echt wel tegenaan. Je hebt een lange adem nodig om het goed geïmplementeerd te krijgen.”
“Door succesverhalen te delen proberen we medewerkers te laten inzien wat het oplevert. Te laten zien: we zetten het niet in vanwege de technologie, maar omdat het bewoners helpt. Omdat het jou helpt.”
“Een deel van de doelgroep kan zelf aangeven wat ze ervan vinden. Dat helpt. Dan zien medewerkers wat het doet het met een bewoner. Iemand die blij is dat zijn of haar inco niet meer continu gecontroleerd hoeft te worden. Of die eindelijk gewoon kan doorslapen.”
“ABENA Nova is straks beschikbaar op alle locaties met behandeling, maar niet als doel op zich; wij zetten het in als maatwerk. Bij de ene bewoner past het wel, bij de andere niet. Maar zo komen medewerkers er wel mee in aanraking, ze leren het product kennen. Ook in bredere zin levert dat iets op. De inzet van slimme inco zorgt voor aandacht voor continentiezorg in het algemeen. Het vuurtje gaat branden.”
Medewerkers gaan om als ze zien welke voordelen de inzet van slimme inco oplevert, zegt Erika. “En wanneer ze er wat bekender mee raken. Niemand vindt het fijn om ineens dingen anders te gaan doen. Je hoeft het ook niet vanaf dag één goed te doen.”
Dat is ook haar advies aan andere projectleiders en innovatieadviseurs die met slimme inco aan de slag willen. “Begin klein en houd het leuk. Geef mensen ruimte om te oefenen. Zorg dat je eerst succes behaalt bij één of twee bewoners. Deel die successen. Maar luister ook naar wat er niet goed gaat. Dan voelen medewerkers zich gehoord.”
“Het is ook afhankelijk van de leidinggevende en regieverpleegkundige, die het team aansturen. Hoe die erin staan. Gedurende het proces zijn we erachter gekomen dat daar verschil in zit. Elke locatie heeft een eigen innovatiecultuur. Hoe jij als individu in elkaar zit, heeft er natuurlijk ook mee te maken. Als jij thuis geen zin hebt in technisch gedoe, dan is de drempel om het op je werk in te zetten of te promoten misschien ook wat groter.”
“We hebben daarom aparte trainingen gegeven om leidinggevenden en regieverpleegkundigen mee te nemen in het proces. Scholing over technologie, digitale vaardigheden, een workshop digitaal leiderschap.”
“In de loop van het proces hebben we ook onze eigen werkwijze aangepast. We begonnen met een projectteam waarin ambassadeurs zorgtechnologie zaten, mensen van ABENA, ICT, communicatie. Dat zijn natuurlijk mensen die al enthousiast zijn.”
“Nu hebben we per afdeling een werkgroep. Daar zit niet alleen de ambassadeur in, maar ook de leidinggevende, de regieverpleegkundige en de eerstverantwoordelijke verzorgende. Zo maak je meer mensen verantwoordelijk. Ze moeten het met z’n allen doen.”
De ambassadeurs zijn niet alleen betrokken bij de implementatie van ABENA Nova, maar ook bij andere innovatieprojecten, vertelt Erika. “Ze zijn onze ogen en oren op de werkvloer, ze halen knelpunten op en kijken of innovatie en technologie ingezet zou kunnen worden om die knelpunten te verminderen of zelfs op te lossen. Hiervoor hebben ze een speciale tweedaagse training gevolgd. Daarin leren ze ook hoe ze collega’s kunnen meenemen in deze veranderingen.”
Hoe vindt Erika ambassadeurs? En wat maakt iemand geschikt? “Je hebt mensen nodig met lef. Enthousiaste mensen, die collega’s kunnen inspireren. Je hoeft niet eens die technische kennis te hebben, het gaat er meer om hoe je als persoon bent, hoe je in de groep staat en mensen kunt meekrijgen. Dat stukje erna, dat kun je wel leren. Daar bieden we ook scholing voor aan.”
“Het vinden van ambassadeurs was best een zoektocht en dat is het af en toe nog steeds. Medewerkers hebben al veel extra taken, waar ze lang niet altijd extra uren voor krijgen. Of iemand wisselt van baan, dat gebeurt in elke organisatie. Rond de zomervakantie is het ook altijd lastig om de planning rond te krijgen. Dan gaat de focus toch iets meer op het primaire proces, al is technologie daar inmiddels ook een onderdeel van.”
“Wat ambassadeurs nodig hebben om hun werk goed te kunnen doen? Tijd. Vooral tijd. Wij hebben met het MT afgesproken dat ambassadeurs daar drie uur per week voor krijgen. En we zeggen tegen de ambassadeurs: ga met je teamleiding in gesprek hoe je die uren inplant.”
“In de loop der jaren zien we dat steeds makkelijker gaan, maar dat heeft wel even nodig gehad. In het begin was het ook even zoeken voor de leidinggevenden. Ze moeten eerst de meerwaarde zien, dat is de belangrijkste motivator. We blijven daarom resultaten delen. Ook bij de locaties waar we nu gaan implementeren doen we weer een nulmeting en een eindmeting. Na 8 tot 10 weken delen we de resultaten: er zijn een X-aantal minder natte bedden en een X-aantal minder natte kleren. En dat levert je het volgende op.”
“In het begin deed ik dat met verslagen, maar die leest niemand. Dus inmiddels maak ik in Canva mooie posters om de cijfers te illustreren. Alle positieve resultaten in één overzicht. Dat doet het beter. En ik maak ook vaak korte uitlegfilmpjes om op intranet te delen. Wat doet slimme inco? Wat kan het opleveren? We hebben een podcast, we hebben een blog. Dat zijn allemaal manieren om mensen te bereiken.”
Erika benadrukt nogmaals dat ze bij Noorderboog goede resultaten zien als het gaat om huidletsel. “Bij bijna alle bewoners met huidletsel zien we een duidelijke verbetering als we slimme inco inzetten. We hadden iemand met categorie D, dus ernstige decubitus, die in tien weken naar categorie B ging.”
“Het is ook belangrijk om vooraf te communiceren naar medewerkers dat je het daarvoor doet. Dat we die drempel voor een melding bewust even omlaag zetten, om eerder te kunnen verschonen. En dat het op korte termijn even extra tijd en aandacht kost, maar dat het op de lange termijn beter is voor zowel de bewoner als de medewerker zelf.”
“Je moet dat wel goed afstemmen. Dat ze weten: nu krijg je eerder een melding om te verschonen, omdat het ten goede komt aan de huidconditie. Maar dit is tijdelijk en als straks het huidletsel over is, dan kunnen we dat ook weer bijstellen.”
“In combinatie met alle andere innovaties die we inzetten: een bijdrage aan medewerkersgeluk, goede zorg voor cliënten en een toekomstbestendige organisatie.”
“Planbare continentiezorg, meer tijd voor andere zorgtaken en inzicht in het plaspatroon van bewoners.”
“Minder huidletsel, betere nachtrust, minder natte bedden, minder natte kleren.”
Kom je er niet helemaal uit met de keuze van een product, heb je vragen of wil je meer informatie? Neem dan contact met ons op.